Onder stratificatie wordt de gelaagdheid van de warme en koude gebieden in een buffer bedoeld. Van dit principe wordt ook gebruik gemaakt in bijvoorbeeld boilers voor de tapwater voorziening. Wanneer een boiler helemaal is opgewarmd zal er tijdens de afname van het warme water, van onderaf koud water worden bijgevuld. Er ontstaat dan een vrij scherpe scheiding in de boiler van warm en koud water. Deze scheiding zal zich langzamerhand naar boven verplaatsen, net zolang totdat het warme water op is. Dit is heel mooi te zien in een elektrisch verwarmde boiler, deze is van het één op het andere moment "leeg". Wanneer deze scheiding niet zo duidelijk aanwezig zou zijn, dan zou het water in de boiler vrijwel ogenblikkelijk lauw worden door de vermenging van warm en koud water.

Ook bij het gebruik van buffers in combinatie met houtgestookte ketels en kachels wordt er geprobeerd zolang mogelijk van deze gelaagdheid gebruik te maken. Dit is daarom van belang om zolang mogelijk zo warm mogelijk water voor de verwarming van de woning beschikbaar te hebben. Immers, het effectief vermogen van bijvoorbeeld een radiator is het grootst bij een zo groot mogelijk temperatuursverschil.

Om de gelaagdheid van en buffer zolang mogelijk in stand te houden is het ook van belang om het retourwater, zover als mogelijk is, af te koelen. Het is onder andere ook om deze reden dat er bij houtgestookte installaties die van een buffer gebruik maken, vaak "LTV" (Lage Temperatuur Verwarming) wordt toegepast.

Andere punten van aandacht om de gelaagdheid zo lang mogelijk in stand te houden zijn onder andere:

  • De doorstroomsnelheid.
  • De toepassing van een interne of een externe warmtewisselaar voor de AFNAME van de warmte.


Relevante links naar het forum:

[1] [2]